Hof bevestigt voorrang GMO-regels op mededingingsregels
15 november 2017
Hof bevestigt voorrang GMO-regels op mededingingsregels
In een principiële uitspraak heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU) op 14 november 2017 bevestigd dat de marktordeningsregels in de landbouw (GMO-regels) voorrang hebben op de mededingingsregels. Het HvJEU heeft geantwoord op de prejudiciële vragen van het Franse Hof van Cassatie over de toepassing van de mededingingsregels op de gedragingen van producentenorganisaties (PO's), verenigingen van producentenorganisaties (APO's) en brancheorganisaties. Deze vragen waren gerezen in de voor het Hof van Cassatie aanhangige procedure over het zogenaamde witlofkartel. Het HvJEU volgt het eerdere advies van de advocaat-generaal, namelijk dat de mededingingsregels niet van toepassing zijn op PO's voor zover zij de door het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) opgedragen taken uitvoeren. Afspraken over prijzen, het collectief vaststellen van minimumprijzen en hoeveelheden of het uitwisselen van strategische informatie vallen niet onder het kartelverbod op voorwaarde dat ze niet verder gaan dan hetgeen strikt noodzakelijk is voor het realiseren van de doelstellingen waarvoor de PO is erkend. Het Franse witlofkartel kan hierdoor niet aan de mededingingsregels ontsnappen. Dit kartel had betrekking op afspraken over minimumprijzen en te verkopen hoeveelheden tussen PO's, APO's en niet-erkende organisaties en de uitwisseling van concurrentiegevoelige informatie. Daarnaast golden de minimumprijzen niet alleen voor de verkopen door de PO's en APO's, maar ook voor de eigen verkoop door leden van de PO's.
Aanpassing Mededingingswet in regeerakkoord Rutte III
In het op 10 oktober 2017 bekendgemaakte regeerakkoord van de komende regering Rutte III wordt bepaald dat de Mededingingswet (Mw) zal worden aangepast ten gunste van de land- en tuinbouw. Samenwerking tussen producenten en/of producentenorganisaties in deze branche zal expliciet worden toegestaan om de ongelijke machtsverhoudingen in de keten te compenseren. Op verzoek van branche- of producentenorganisaties kan de overheid sectorale afspraken in de land- en tuinbouw algemeen verbindend verklaren, bijvoorbeeld voor de financiering van onderzoek naar innovatieve producten en het verplichten van duurzamere standaarden. Hierbij wordt rekening gehouden met Europese kaders en de Nederlandse exportpositie. Onderzocht wordt of en hoe de Mw kan worden aangepast als deze samenwerking met het oog op duurzaamheid in de weg staat. Wat het GLB betreft staat het nieuwe kabinet op het standpunt dat dit minder gericht moet worden op inkomensondersteuning en meer op innovatie, duurzaamheid, voedselzekerheid en voedselveiligheid. Daarnaast zou het GLB samenwerking tussen landbouwers moeten faciliteren en bijdragen aan de crisisbestendigheid van de sector. Met deze focus kan volgens het regeerakkoord ook de verkleining van het GLB-budget door de Brexit worden opgevangen.
Uitbreiding uitzondering mededingingsregels PO's
Op 12 oktober 2017 bereikten het Estse voorzitterschap en het Europees Parlement een voorlopig akkoord over het hoofdstuk over landbouw in de zogenoemde Omnibusverordening. Op 16 oktober 2017, hebben de EU Lidstaten vertegenwoordigd in het Speciaal Landbouw Comité van de Raad dit akkoord bevestigd.
In het kader van het politieke akkoord over de zogenaamde Omnibusverordening is onder andere beslist dat de prerogatieven voor producentenorganisaties (PO’s) naar alle sectoren zal worden uitgebreid teneinde de positie van landbouwers in de toeleveringsketen te verbeteren. Deze prerogatieven betreffen enerzijds de handelingen van een PO met betrekking tot de productieplanning, de optimalisatie van productiekosten en het op de markt brengen van producten. Anderzijds zien de prerogatieven op de specifieke uitzondering op de mededingingsregels voor PO's in een aantal sectoren (olijfolie, rundvlees, akkerbouwgewassen). De uitbreiding van deze specifieke uitzondering maakt het voor PO's in alle sectoren mogelijk namens de leden te onderhandelen over contracten voor de levering van landbouwproducten.