'Rechtsmiddelenverbod bij verblijven verpand goed aan pandhouder'
10 February 2017
Civiel
Rechtsmiddelenverbod bij verblijven verpand goed aan pandhouder
Volgens de HR staat tegen een beschikking van de voorzieningenrechter tot het verblijven van een verpand goed aan de pandhouder (art. 3:251 lid 1 BW) geen hogere voorziening open. Het rechtsmiddelenverbod van art. 3:268 lid 3 BW inzake hypotheek is analoog van toepassing (vgl. HR 17 juni 1994, ECLI:NL:HR:1994:ZC1401, NJ 1995/367 (Rabobank/Sporting)).
ECLI:NL:HR:2017:213
Civiel
Rekening en verantwoording door verzekeringstussenpersonen
Een verzekeringstussenpersoon is ook zonder concrete bezwaren van de verzekeringnemer gehouden is tot het afleggen van rekening en verantwoording.
ECLI:NL:HR:2017:209
Fiscaal
Aan informatiebeschikking moet worden voldaan zodra dat mogelijk is
Degene aan wie middels een informatiebeschikking om informatie is verzocht dient de gevraagde gegevens te verschaffen zodra hij daarover de beschikking heeft. Hij kan voldoening aan het informatieverzoek niet afhankelijk stellen van de instemming van een derde die hem de gegevens (tijdelijk) ter beschikking heeft gesteld. Of het niet-voldoen aan de informatiebeschikking moet leiden tot omkering en verzwaring van de bewijslast moet leiden, kan (eventueel opnieuw) worden beslist in de procedure over een aanslag of beschikking die wordt opgelegd c.q. gegeven nadat de informatiebeschikking onherroepelijk is geworden.
ECLI:NL:HR:2017:192
Straf
Proportionaliteit en subsidiariteit conservatoir beslag: (nadere) motivering vereist
De rechtbank heeft een klaagschrift, strekkende tot teruggave van een onder klager ingevolge art. 94a Sv. inbeslaggenomen auto, gegrond verklaard omdat zij “gelet op het beginsel van proportionaliteit en subsidiariteit” het handhaven van het beslag “niet noodzakelijk” achtte. De HR vernietigt die beslissing omdat de motivering te summier is. De HR overweegt voorts opnieuw dat de rechter niet ambtshalve hoeft te onderzoeken of voortzetting van het beslag in overeenstemming is met de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit. Als de rechter zo'n onderzoek evenwel uitvoert, kunnen de omstandigheden van het geval en hetgeen de klager heeft aangevoerd meebrengen dat hij daarvan in zijn beslissing dient blijk te geven.
ECLI:NL:HR:2017:178