News Update Hoge Raad

CIVIEL

Vordering tot opheffing conservatoir beslag door derde
Verzet door een derde tegen executie geschiedt door dagvaarding van zowel de executant als de geëxecuteerde (art. 438 lid 6 Rv). Deze bepaling is van overeenkomstige toepassing op vorderingen van derden tot opheffing van conservatoir beslag (art. 705 lid 3 Rv). In dit geval had de derde opheffing van conservatoir beslag gevorderd en alleen de executant gedagvaard. Het hof had hier geen consequenties aan verbonden. De HR vernietigt het arrest van het hof en oordeelt dat het hof de derde de gelegenheid had moeten geven om de geëxecuteerde alsnog in het geding te betrekken door oproeping op de voet van art. 118 Rv.

ECLI:NL:HR:2022:1173

CIVIEL

Verzekeraar gehouden redelijke kosten van verzekerde tot vaststellen schade te vergoeden
Art. 7:959 lid 1 BW bepaalt onder meer dat de redelijke kosten gemaakt tot het vaststellen van de schade ten laste van de verzekeraar komen, ook al wordt daardoor de verzekerde som overschreden. De HR verwerpt de klacht van de verzekeraar dat deze bepaling alleen ziet op kosten die door de verzekeraar worden gemaakt. De verzekerde kan de kosten die hij heeft gemaakt in beginsel steeds voor rekening van de verzekeraar brengen, zodat hij ook in dit opzicht schadeloos wordt gesteld. Onder verwijzing naar art. 7:963 lid 6 BW overweegt de HR dat van deze bepaling niet ten nadele van de verzekeringnemer of de verzekerde kan worden afgeweken, voor zover de daarin bedoelde kosten niet het bedrag overschrijden dat gelijk is aan de verzekerde som en de verzekeringnemer een consument is. De regeling ten aanzien van de redelijke kosten van schadevaststelling wijkt in zoverre af van die van bereddingskosten dat deze laatste ook dwingendrechtelijk ten laste van de verzekeraar komen indien de verzekeringnemer of verzekerde geen consument is.

ECLI:NL:HR:2022:1174

Meld u aan voor de News Update Hoge Raad