hoge raad

Openbare aanbesteding concessieovereenkomst: uitleg begrip 'duidelijk grensoverschrijdend belang'

18 mei 2018

Civiel

Openbare aanbesteding concessieovereenkomst: uitleg begrip 'duidelijk grensoverschrijdend belang'
In twee arresten geeft de HR richtsnoeren voor beantwoording van de vraag wanneer sprake kan zijn van 'duidelijk grensoverschrijdend belang', zoals bedoeld in art. 1.7, onder c (oud) Aanbestedingswet 2012. Bij de uitleg van dit begrip moet aansluiting worden gezocht bij de rechtspraak van het HvJEU. Een duidelijk grensoverschrijdend belang kan met name blijken uit de economische waarde van de overeenkomst, bezien in samenhang met de plaats van uitvoering en de specifieke kenmerken ervan, naast eventuele andere relevante omstandigheden. Er moet sprake zijn van een weging van de relevante factoren in onderlinge samenhang. Tot deze factoren behoort onder meer het reële en niet fictieve belang van in andere lidstaten gevestigde ondernemers. Niet vereist is dat die marktdeelnemers daadwerkelijk belangstelling hebben geuit. Evenmin hoeft de klager te stellen of aannemelijk te maken dat ondernemingen uit andere lidstaten daadwerkelijk geïnteresseerd zullen of kunnen zijn in de opdracht. Concrete belangstelling van een buitenlandse partij die de opdracht wenst te verwerven via een lokale dochtervennootschap is een relevante en mee te wegen omstandigheid. Belangstelling van de dochter brengt echter nog niet mee dat deze moet worden aangemerkt als belangstelling van de buitenlandse moeder. Onder omstandigheden kan een substantieel economisch belang een zwaarwegende indicatie opleveren voor het aannemen van een duidelijk grensoverschrijdend belang.

ECLI:NL:HR:2018:720
ECLI:NL:HR:2018:722

Civiel

Volledige proceskostenregeling art. 1019h Rv ziet ook op ontvankelijkheidsverweer
Braun vordert in kort geding Becton te verbieden inbreuk te maken op haar octrooi. In hoger beroep debatteren partijen over de ontvankelijkheid van Braun. Volgens het hof vallen de in het kader van dat debat gemaakte kosten niet onder de regeling van art. 14 Handhavingsrichtlijn en het daarop gebaseerde art. 1019h Rv, omdat het geen kosten betreft die zijn gemaakt ten behoeve van de handhaving van intellectuele eigendomsrechten. De HR vernietigt: indien sprake is van een vordering die tot doel heeft inbreuk op een intellectueel eigendomsrecht te voorkomen, dan vallen ook gemaakte kosten in het kader van een ontvankelijkheidsverweer onder de regeling. Slechts redelijke en evenredige kosten komen voor vergoeding in aanmerking, terwijl ook deze kosten buiten beschouwing mogen worden gelaten voor zover de billijkheid zich tegen de vergoeding ervan verzet. De rechter kan in een concreet geval rekening houden met de noodzaak van het maken van kosten en met de eventuele buitensporigheid van het gevorderde bedrag.

ECLI:NL:HR:2018:721

Civiel

Omvorming Stichting Holland Casino; beroep OR
Stichting Holland Casino heeft, in afwijking van het advies van de OR, een besluit genomen tot omvorming van de stichting in een naamloze vennootschap op een van art. 2:18 BW afwijkende wijze. De OR bestrijdt dit besluit tevergeefs bij de OK. Het op een marginale toets gegronde oordeel van de OK dat Holland Casino de mogelijke toekomstige privatisering niet in de adviesvraag hoefde te betrekken, wordt door de HR in stand gelaten. De OR mist belang bij de klacht dat de omvorming strijdig is met artikel 2:18 BW, nu de OR in zijn advies over de omvorming ter zake geen bezwaar had geformuleerd, geen beroep is gedaan op een uitzonderingsgrond en de OK de aangevoerde beroepsgrond buiten beschouwing zou moeten laten. De HR merkt ten overvloede op dat de regel van art. 2:18 lid 6 BW over het beklemd vermogen alleen van toepassing is bij omzetting van een stichting in een andere rechtsvorm op de voet van art. 2:18 BW. De verwijzing van art. 2:18 lid 6, tweede volzin, BW naar vermogensovergang krachtens splitsing doelt op de gevallen waarin een omgezette rechtspersoon die aanvankelijk een stichting was, na die omzetting betrokken wordt bij een splitsing.

ECLI:NL:HR:2018:725

 

Meld u aan voor de Hoge Raad News Update

 

Written by:

Key Contact

Amsterdam
Advocaat | Partner

Key Contact

Amsterdam
Advocaat | Partner